Suzhou

Afgelopen weekend had ik drie dagen vrij vanwege het Drakenboot Festival. Tijdens dit festival is het de gewoonte om zongzi te eten (in bananenblad gewikkelde kleefrijst), maar nog leuker is het om te gaan reizen. 22 juni ben ik dus met de hogesnelheidstrein naar Shanghai gereisd, en vandaar af met de bus naar Suzhou.

In het hedendaagse China worden de afstanden steeds korter. Met de trein was ik binnen een comfortabele vijf uur in Shanghai. Toch nog een flinke afstand van 1300 kilometer, ongeveer van Amsterdam naar Monaco. En dan te bedenken dat ik vijf jaar eerder er nog 16 uur over deed om van Beijing naar Shanghai te komen.

Anders dan Marco Polo had ik Suzhou nog nooit bezocht, maar goed, het blijft dan ook discutabel of hij überhaupt in China is geweest. Hoe het ook zij, hij roemde de plaats om zijn schoonheid: Suzhou was als een tweede Venetië. Misschien was dat wat overdreven, maar het stadje van vier miljoen inwoners heeft zeker een schoon karakter.

Hoewel het meestentijds regende toen ik er was, heb ik mij toch goed kunnen vermaken in de smalle stegen en straten, die af en toe werden doorsneden door kanalen. Veel mandarijnen en rijke kooplui lieten tuinen na, die vandaag de dag vele toeristen trekken. Met het Drakenboot Festival helemaal natuurlijk.

Ik had nog wel een van de rustigste tuinen uitgekozen, maar toch werd ik achtervolgd door tourgroepen, waarbij de gids constant door een microfoon blerde van hoe schoon, hoe fraai en hoe schitterend de tuin wel was. Afijn, sommige zaken wennen denk ik nooit in China ;)

Daarentegen moet ik mijn eigen cultuur niet gaan ontwennen. Deze zomer zal ik van 22 juli tot 11 augustus in Nederland zijn om iedereen weer eens te spreken en te zien en om haring te happen natuurlijk.